Alledaagse vraag van mijn zoon, want wij lezen voortdurend voor.
“Mijn bal wil ook dat jij voorleest. Die bal gaat naast mij zitten. Zo.”
Iets minder alledaagse setting…
Dus lees ik over ‘Balotje gaat naar de dokter’ en daarna nog enkele boeken.
Mijn jongste kind verdwijnt in de verhalen, lacht, babbelt, wijst aan…
Plots springt hij recht: “Mijn bal wil niet meer voorlezen. Hij wil iets anders doen.”
En hop, daar gaan ze weer. Ik heb weer even tijd voor iets anders. Tot de bal weer zin krijgt in een boek…
Net dat kan ik zo appreciëren aan voorlezen: het kan  kort duren of (heel erg) lang, je doet ’t in de zetel of in de hangmat  of zelfs in het bad. En je kan voorlezen voor een kind, een kind met wel  10 knuffels, een kind met een bal… Kan allemaal, de voorlezer past zich  met plezier aan.